Mallorca leent zich voor een zomerse strandvakantie en een actieve klimvakantie. Maar ook voor een stedentrip! Met bezienswaardigheden als de kathedraal La Seu, museum Es Baluard en de hippe markthal San Juan doet Palma de Mallorca, de hoofdstad van de Balearen, niet onder voor grote broers op het vasteland.
Lees ook: Top 10 beste hotels in Palma de Mallorca
Het is nog vroeg in de ochtend als ik de Mercat de l’Olivar binnenstap. Sobrasadas en jamones hangen te drogen boven in de kramen van de overdekte markt, terwijl verderop kleurrijke sinaasappels en aardbeien glimmen in het tl-licht. Ik struin langs de kramen, waar je naast de dagelijkse boodschappen ook terecht kunt voor vrolijke tapasschalen en ander keukengerei. Snakkend naar cafeïne dwaal ik verder door het marktdoolhof, op zoek naar een bar voor een espresso met dé lokale specialiteit, een ensaimada. Bij de viskramen staan Mallorcaanse vrouwen te dringen om de meest verse heek, mosselen en inktvis voor hun zarzuelas. Een oudere heer bestelt een portie oesters met een glas champagne. Even overweeg ik zijn voorbeeld te volgen, maar ik hou het toch maar bij een koffie en een ensaimada als ontbijt.
Provisorisch
Eerder die ochtend kwam ik aan op het Plaça d’Espanya, waarover koning Jaume I waakt op zijn standbeeldpaard. Het plein staat vooral bekend om het nabijgelegen station, dat Palma verbindt met de rest van het eiland. Ongeveer de helft van alle inwoners van Mallorca woont in Palma, en toch is het station in de ochtend afgeladen met forenzen uit buitenwijken of andere dorpen op het eiland. De Mercat de l’Olivar is vlakbij, weet ik, maar ik ga toch even langs de toeristeninformatie. Alleen een zijdeur van het gebouw is geopend, waar een fors bureau de doorgang blokkeert. ‘¡Hola!’ roept de jongedame vanachter het bureau, als ze mijn verbaasde blik ziet. Wegens een verbouwing moeten ze het tijdelijk met dit provisorische kantoortje doen. Gelukkig heeft ze wel een kaart van Palma, waarop ze alle highlights nog eens voor me aankruist.
Pronkstuk La Seu
La Seu is een van die must sees tijdens een citytrip naar Palma. De enorme kathedraal duikt direct op als je Palma googelt en heeft in alle reisgidsen een prominente plek. Als first timer in Palma moet ik er wel naar binnen, dus tik ik zonder morren de €7 entree af. Het schip is van ongekende afmetingen en door het enorme rozetvenster, met maar liefst 1236 stukjes gebrandschilderd glas, valt het licht op mystieke wijze de kathedraal binnen. Ik struin langs de kapellen, waar een schoonmaakster voorzichtig alle beelden afneemt. Het meest word ik verrast door de moderne kunst in de Capilla del Santísimo, rechts voorin. De Mallorcaanse kunstenaar Miquel Barceló heeft hier een moderne verbeelding gemaakt van de Bijbelse vertelling, waarin Jezus brood en vis vermenigvuldigt voor zijn volgelingen. In gebarsten keramiek zijn talloze vissen, brood en fruit te zien, maar ook vervreemdende schedels. Barceló blijkt niet de eerste moderne kunstenaar die een duidelijk stempel heeft gedrukt op het interieur van La Seu. Antoni Gaudí werd begin 20e eeuw ingehuurd om het interieur van de kathedraal aan te passen. De modernistische baldakijn boven het altaar is het meest prominente stuk dat hij heeft nagelaten.
Gepimpte kathedraal
Maar hoeveel kunstenaars ze ook inhuren om het interieur te pimpen, het is de buitenkant van La Seu die de meeste indruk maakt. De kathedraal torent majestueus boven alles uit, of je er nu vlak naast staat of het bouwwerk aan de horizon ziet opdoemen tijdens een wandeling vanaf de haven. Volgens de legende zwoer Jaume I tijdens een storm op zee dat hij een grootse kathedraal zou bouwen als ze veilig aan land zouden komen. En aan de proporties van La Seu te zien waren de koning en zijn bemanning maar wat blij toen ze de Mallorcaanse kust hadden bereikt. Jaume I was echter niet de eerste koning die in 1229 aan wal ging om Mallorca te veroveren. Vóór hem heersten de Moren over het eiland (en daarvoor Romeinen en Feniciërs) en stond Palma bekend onder de naam Medina Mayurqa. De Banys Arabs (jawel, Arabische baden) stammen uit die vroege periode. Hoewel de baden niet veel om het lijf hebben, zijn ze toch een bezoek waard. In twee kamers met oude kruiken krijg je een idee van de eeuwenoude badrituelen. De kamer met de twaalf zuilen en koepelvormig dak, waar door ronde raampjes het licht binnenvalt, is perfect om historische plaatjes te schieten. In Palma is er behalve de Banys Arabs niet veel over dat herinnert aan de Moorse overheersing, behalve de Arabische zuilen van het Palacio Real de la Almudaina.
Lees ook: 10 redenen om Mallorca te bezoeken
Tussen oud en nieuw
Het koninklijk paleis steekt maar schraal af tegen de naastgelegen La Seu en door dezelfde kleur zandstenen muren zou je bijna denken dat het paleis bij de kathedraal hoort. Toch maakt het gotische kasteel vanbinnen meer los dan de kathedraal. Door de kamers met enorme wandtapijten, het antieke meubilair en de gigantische balzaal op de bovenste verdieping lijkt het of ieder moment jonkvrouwen en ridders kunnen passeren. De stad ademt niet alleen maar historie, merk ik als ik de volgende dag musea verken. Door de nauwe verwantschap van beeldend kunstenaars als Joan Miró met Mallorca is er in Palma aan moderne kunst geen gebrek. Zelfs als ik door winkelstraat Carrer Sant Miquel wandel, stuit ik tegen alle verwachting op een museum. Een statig pand op nummer 11 huisvest de privécollectie van de Mallorcaanse bankier Joan March, die leefde van 1880 tot 1962 en samen met zijn zoon Bartolomé ook het Palau March aan de Carrer Palau Reial volledig aan moderne kunst heeft gewijd. Het Museu d’Art Modern i Contemporani in deze winkelstraat blijkt een uiterst aangename afwisseling op de Camper- en Disneywinkels. Dwars door de stad heen wandel ik naar Es Baluard, het museum voor moderne kunst dat is gebouwd op delen van het bastion Sant Pere uit de 16e eeuw. De superstrakke entree en de verschillende zalen met werk van onder anderen Joan Miró en Marina Abramovic in de permanente collectie doen niet vermoeden dat je vanaf het buitenterras op de derde verdieping helemaal rond kunt lopen over de fortificaties. Vanaf de uitkijktorens heb je prachtig zicht op de zee en de haven, aan je linkerhand zijn La Seu en Almudaina te zien en rechts de stenen windmolens die zo typisch zijn voor het eiland. Het terras bij Es Baluard is perfect voor een prachtige zonsondergang met uitzicht op de haven.
Culinaire kroket
Es Baluard blijkt niet de enige plek in Palma waar oud en nieuw naadloos in elkaar overvloeien. De Mercado Gastronómico San Juan, aan de Carrer de l’Emperadriu Eugènia, is een hip ingerichte markthal in een oud slachthuis. De hoge, rechthoekige hal telt talloze ‘kraampjes’ langs de zijwanden, die ieder hun eigen specialiteiten aanbieden: van tapas tot paella en van Thaise curry’s tot pizza. Hoge tafels en stoelen staan in het midden van de hal, waar de traditionele houten balken van het plafond mooi afsteken tegen de moderne verlichting. Het water loopt me in de mond als ik alle eetgelegenheden bekijk. Er is zelfs een hele hoek ingericht voor toetjes en gebakjes! Toch is de keuze snel gemaakt als ik langs de croquetaskraam kom. Chefs Gabo Vásquez en Ignacio Granda hebben culinaire varianten gecreëerd, van croquetas met truffel tot croquetas met mossel. Kiezen is gelukkig niet nodig, want er is een heuse proeverij, die wordt geserveerd op een lange, smalle plank. Een tempranillo en een metertje croquetas: ik kan me geen betere afsluiting voorstellen van een citytrip in Palma.
4x Doen op Mallorca
Meer zien van Mallorca dan alleen de hoofdstad? Het eiland heeft genoeg te bieden voor een langer verblijf!
1 – Lam eten bij Es Verger
Het authentieke lamsrestaurant Es Verger in de bergen bij Alaró, dat te bereiken is via een slingerweg vol gaten, is geliefd bij zowel de lokale bevolking als toeristen. Het familierestaurant is beroemd om zijn langzaam in de oven gegaarde lamsvlees. Op dezelfde berg ligt het Castell d’Alaró, waar je vanaf het restaurant via een mooie route naartoe kunt wandelen.
2 – De mooiste baai van Mallorca
Mallorca heeft talloze baaien waar je kunt zwemmen, maar geen is er zo bijzonder als Sa Calobra. Ten eerste is de weg ernaartoe al een bezienswaardigheid op zich; die krult in een scherpe bocht onder zichzelf door. Zeer populair onder wielrenners. Eenmaal bij de baai kom je op een aangenaam kiezelstrand en vanaf de zee kijk je uit over de indrukwekkende rotsige bergen op de achtergrond.
3 – Wandelen in de Sierra de Tramuntana
De bergketen in het noord-westen van Mallorca leent zich uitstekend voor wandelingen: zowel dagtochten als meerdaagse trekkings zijn mogelijk, waarbij je overnacht in een refugio. Door de combinatie van prachtige berggezichten, betoverende baaien en fraaie dorpjes is de Sierra de Tramuntana zelfs op de werelderfgoedlijst beland.
Lees meer: Wandelen op Mallorca
4 – De Romeinse ruïnes bij Alcúdia
Zodra je de eeuwenoude stadspoorten van Alcúdia bereikt, waan je je in lang vervlogen tijden. De stad kwam tot bloei onder de Romeinen in de 2e eeuw voor Christus en werd verwoest door de Vandalen, waarna de Moren op de nabijgelegen helling een nieuwe stad stichtten. De Spanjaarden, op hun beurt, bouwden de stadsmuren. Het huidige Alcúdia heeft hierdoor een ongekend rijke mix aan historische culturele invloeden.
Dit artikel is eerder verschenen in ESPANJE! (nummer 2, jaargang 2017) en de informatie kan achterhaald zijn. Auteur: Wilke Martens
Eten
Aan goede restaurants en tapasbars is in Palma geen gebrek. Wie eens iets anders wil dan tapas, kan voor de lunch naar Bon Lloc aan de Carrer Sant Feliu 7. Het eerste vegetarische restaurant van Palma serveert een zeer betaalbaar vegetarisch viergangenmenu. Quina Creu is een tapasbar en mediterraans restaurant, met een hippe retroinrichting. De favoriet van alle locals, dus het kan er druk zijn.
Hoe kom je er?
Diverse budgetairlines bieden directe vluchten naar Palma vanaf Schiphol en andere luchthavens in Nederland en België. In Palma zelf kun je gebruikmaken van busvervoer (www.tib.org), maar alles is ook goed te belopen.
Beste reistijd
Een citytrip naar Palma is het gehele jaar goed te doen. In de zomer is het voor sommigen misschien wat heet en in de winter kan het wat frisjes zijn. Maar als je de invulling van je trip een beetje afstemt op het seizoen, zul je het er altijd naar je zin hebben!