In het dorpje Ador bij Valencia is alles tussen twee en vijf uur ’s middags dicht. Inwoners mogen niet te veel lawaai maken en met een bal spelen op straat is tijdens de siësta verboden. Ador is een uitzondering, want in overige delen van Spanje is de siësta echt niet zo heilig als door buitenlanders vaak wordt gedacht. Enkele mythes over het Spaanse middagdutje ontkracht.
-
- Wie denkt dat alle Spanjaarden tussen twee en vijf uur ’s middags op één oor liggen, heeft het goed mis: 60 procent zegt nooit een siësta te houden en 18 procent last af en toe een middagslaapje in.
- Spanjaarden lui? Valt reuze mee. Volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) werken Spanjaarden gemiddeld 1691 uur per jaar, terwijl dat voor Britten en Duitsers respectievelijk 1674 en 1371 uur is.
- Meer uren op werk doorbrengen staat overigens niet gelijk aan een hogere productiviteit. In tegendeel: veel Spaanse bedrijven klagen over gebrek aan productiviteit. En dat is weer van invloed op het gevoel van voldoening van de werknemers en daarmee ook op hun privéleven.
- Het Spaanse bedrijfsleven en de politiek stimuleren lange middagpauzes over het algemeen niet. Sinds 2016 probeert de regering maatregelen in te voeren om de middagpauze maximaal 2 uur te laten duren. Bij de meeste moderne bedrijven gaat personeel tussen de middag niet meer naar huis voor de siësta.
- De siësta komt oorspronkelijk niet uit Spanje, maar uit Italië. Het woord komt van het Latijnse Sexta (zesde). De Romeinen hielden rust op het zesde uur van de dag. Ze verdeelden de dag in periodes van licht van 12 uur, waardoor het zesde uur overeenkomt met 1 uur ’s middags in de winter of 3 uur ’s middags in de zomer.
- Er zijn Spanjaarden die ’s morgens werken, tussen de middag naar huis gaan om te rusten en eten en vervolgens weer teruggaan naar hetzelfde werk. Maar de verdeling van de Spaanse werkdag is eigenlijk ontstaan doordat veel Spanjaarden na de Burgeroorlog twee banen nodig hadden om hun familie te kunnen onderhouden. Die tijd tussen de middag was nodig om zich om te kleden, te eten en zich naar de volgende werklocatie te verplaatsen.
Meer lezen?
12 tips voor op een Spaans terras
Een vakantie in Spanje betekent tot laat in de avond op een terras, smullen van churros, tapas, pinchos en montaditos. Een graadje of 25, koffie of glaasje vino tinto of blanco erbij. Dan is het leven goed. Maar de Spaanse eetgewoontes zijn heel anders dan de onze. Twaalf tips om geen flater te slaan.
Abanicos, de kunst van het verleiden
De abanico – net als de stier en de gitaar een van dé symbolen van Spanje. Van de werken van de oude meesters tot het hedendaagse straatbeeld, er wordt al eeuwen gewapperd en gewaaierd. En niet alleen ter verkoeling. In tijden waarin whatsapp science-fiction en openlijk flirten een zonde was, was dit elegante accessoire een fantastisch middel om geheime liefdesberichten uit te wisselen.