Burgos kennen de meeste toeristen als stip op de kaart, op weg naar Madrid. Maar deze elegante provinciestad is een tussenstop meer dan waard. Vanwege de gotische kathedraal en de vele andere kerken en kloosters. Of vanwege het lekkere eten, want Burgos maakt naam als culinair vernieuwer.
Burgos onbeduidend? Nee. Bij het betreden van de oude stad valt je mond open bij die zo kenmerkende middeleeuwse stadspoort, de Arco de Santa María, die als een sprookjeskasteel uit de Efteling langs de stadsgrens verrijst. Om de argeloze toerist nog maar eens in te peperen dat de grond die hij nu gaat betreden allesbehalve onbeduidend is. In de stadspoort zijn de helden van weleer gebeeldhouwd, met naast Karel V de beroemdste Burgalees en nationale volksheld, El Cid. In de loop der eeuwen is de glorie van Burgos afgebrokkeld. Mogelijk is het ook Franco geweest, die hier in de burgeroorlog in het zadel werd gezet en daarmee wellicht een smet op de reputatie van Burgos heeft geworpen. In Spanje heeft Burgos namelijk nog altijd de nare bijklank van falangistisch bolwerk. Voor buitenlandse toeristen geldt dat niet, en toch vindt de provinciehoofdstad weinig weerklank. Het is een van de plekken waar de pelgrimsroute naar Santiago doorheen loopt, en natuurlijk, de kathedraal… veel meer dan dat kunnen de meesten niet over Burgos vertellen.
Lees meer: 46 x UNESCO-erfgoed in Spanje
New York Times
De laatste paar jaar verandert dat razendsnel. Burgos is up-and coming. Tot ieders verrassing plaatste de The New York Times Burgos in 2013 op de ranglijst van ’s werelds must-see-places. Een oude stad met een fris gezicht en een culinaire buzz, kopte de krant. Toen ging het allemaal snel. Na de New York Times verklaarden The Guardian en El País hun liefde aan Burgos, dat nog hetzelfde jaar werd uitgeroepen tot gastronomische hoofdstad van Spanje. Niet veel later reden de eerste bussen met toeristen de provinciehoofdstad in. Maar laten we niet overdrijven, Burgos is geen Barcelona, het massatoerisme is er nog ver weg. En dat maakt rondwandelen in dit zo elegante en mooi bewaarde middeleeuwse stadje eigenlijk wel zo aangenaam. Druk is het vooral rond de kathedraal. Met al z’n Moorse praal zou je bijna vergeten dat Spanje ook nog christelijke bouwwerken te bewonderen heeft. In Burgos kun je daar niet omheen, de gotische kathedraal (1221-1567) torent hoog boven de stad uit en misstaat niet in het rijtje Reims, Keulen, Chartres. De kerk is behalve erg wit vooral erg groot. Binnenin wemelt het van de kapellen, de ene nog weelderiger dan de andere. Precies in het midden van de kathedraal, op de heiligste plek van Burgos, ligt ridder El Cid met zijn vrouw doña Jimena begraven. Als je de kathedraal uitkomt, is het heerlijk slenteren in de wirwar van autoloze, middeleeuwse steegjes. In de Calle Sombrerería vergaap je je aan de etalages, die je terugbrengen in het oude Castilië, zoals die van de antieke hoedenwinkel Sombrerería Teodoro of de tachtig jaar oude naaigarniturenzaak Santos Soria, waar nog korsetten te koop zijn en panty’s in alle kleuren, dé plek om een origineel souvenir te scoren. De stad ligt er voor Spaanse begrippen opvallend netjes bij. Zo’n beetje elk gebouw is hier met Europese subsidie opgeknapt en de façades staan er fonkelnieuw op. Een stad zonder graffiti en zonder rotzooi op straat. Zijn we wel in Spanje?
Borreluurtje
Als het borreluurtje aanbreekt, verdwijnen alle twijfels. We zijn in Spanje. Rond het middaguur stromen de bars en restaurants vol en als het weer het even toelaat de terrassen. De Burgalese cuisine staat goed bekend, maar – dat moet gezegd – is een gruwel voor vegetariërs, met klassiekers als morcilla (bloedworst) en lechazo, vlees van lammetjes die rechtstreeks van de moederborst naar de slachtbank worden geleid. Typische winterkost is olla podrida, een bonenschotel met verschillende soorten varkensvlees, waaronder morcilla. De klassiekers eet je op z’n smakelijkst in het honderd jaar oude restaurant Casa Ojeda, de grande dame van de Burgalese horeca. Sinds Burgos werd uitgeroepen tot gastronomische hoofdstad is er een aanhoudende culinaire buzz. Jonge chefs van restaurants als Fábula, Blue Gallery en Tábula Gastro & Bar geven een eigen hedendaagse draai aan traditionele gerechten. Ook tapas kregen in een moderne tent als la Favorita een make-over. Anchoas a la favorita heet hun door de internationale vakpers bekroonde broodje ansjovis-paprika. Creatieve tapas vind je ook bij Tapería Royal, zoals de Choco, een hedendaagse variant van de morcilla. De meeste tapasrestaurants vind je in de omgeving van de kathedraal. Wijnliefhebbers opgelet: midden in het oude centrum bevindt zich een van de hipste wijnzaken van het moment: In Vino Veritas. Je kunt er lekker eten, dat ook, maar alles draait er om de wijnen, die uitsluitend uit Spanje komen. Ook de prijzen stemmen hier vrolijk: die variëren van €1,50 voor een goed glas wijn tot €4 voor een glas wijn in een categorie die je als politicus in Nederland beter niet kunt declareren.
Lees meer: Spaans recept broodje ansjovis met paprikamarmelade
Katholiek bolwerk
Burgos werd in 880 gesticht. Na een korte bezetting door de Moren werd de stad herbevolkt met katholieken om uit te groeien tot katholiek bolwerk. Wie in z’n vakantie niets liever doet dan mooie middeleeuwse kerken en kloosters bekijken, haast zich naar Burgos en omstreken. In een straal van 100 meter rond de kathedraal tellen we drie gotische juwelen. Even buiten het centrum is er het van kunstschatten bulkende klooster Monasterio de las Huelgas, een van de meest vooraanstaande abdijen in Spanje, dat tevens fungeerde als koninklijk buitenverblijf en later als graftombe voor de adel. Minstens zo bijzonder is het 15e-eeuwse klooster Cartuja de Santa María de Miraflores, 4 kilometer buiten de stad. Een op het eerste gezicht eenvoudig kerkje waar binnenin het levenswerk huist van Spanjes illustere beeldhouwer Gil de Siloé. Hij werkte een groot deel van zijn leven aan de schitterende houten altaarstukken en de spierwitte, overdadig versierde albasten graftombe van koningspaar Juan II en Isabel van Portugal.
Zingende monniken
Wie echt helemaal terug wil in de tijd, brengt een bezoek aan het 60 kilometer verderop gelegen klooster van Santo domingo de Silos. Alleen al de prachtige romaanse kloosterhof is een bezoek waard, net als de mooi bewaard gebleven apotheek, die teruggaat tot de middeleeuwen, toen de monniken er een ziekenhuis bestierden. Maar dé belevenis vormen hier de zingende monniken. Hun openbaar toegankelijke gregoriaanse missen zijn niet onopgemerkt gebleven. Het koor nam zelfs verschillende cd’s op, die het wonderwel deden in de charts, waarna wereldwijde optredens volgden. Sinds het commerciële succes staat het klooster met één been in de moderne tijd: je kunt online een miskaartje kopen (€8) of een kruisje of monnikgummetje bestellen in de webwinkel. Silos heeft de grootste kloosterdichtheid van Spanje: het dorpje telt drie straten en twee kloosters. dat andere klooster, Convento San Francisco, werd in 2006 verbouwd tot hotel. Het interieur is strak en modern, terwijl de middeleeuwse sfeer van de kloostercellen behouden is gebleven. Strenge huisregels zorgen ervoor dat de hotelgasten de gewijde sfeer geen geweld aandoen. Hier wordt niet gehold op de gangen en de telefoon gaat op stil. de prijs is gelukkig al net zo sober gebleven: kamers gaan vanaf €56. En als je hier dan toch bent, rijd dan nog even vijf minuten het dorp uit naar de Yecla-kloof. Daar baant een snelstromende rivier beneden in het dal zich een weg tussen honderd meter hoge kalkstenen rotsformaties, waaruit gigantische watervallen ontspringen. Normaal zou dit natuurschoon voorbehouden zijn aan getrainde klimmers met professionele uitrusting. Maar op de met hekken afgezette looproute kunnen ook ongetrainde reizigers op hun gemakje door de kloof banjeren.
Burgos is een perfecte tussenstop op meerdere routes. Of je vanuit Nederland nu naar Santiago de Compostela, Madrid, Salamanca, Sevilla, Extremadura of zelfs Portugal rijdt, de weg leidt eigenlijk altijd via Burgos. Een geweldige plek om je reis even te onderbreken!
Semana Santa is een aanrader in Burgos, met veel religieus vertoon en processies, maar zonder hordes toeristen. Eind juni viert de stad z’n jaarlijkse feestweek, met een processie van reuzenpoppen, dansen en eten. De overwinning op de Moren wordt in 2015 op 12 juni gevierd met processies in traditionele ridderkledij en traditionele dansen. Het eerste weekend van oktober staat elk jaar in het teken van El Cid.
De meeste bezoekers doen Burgos aan als ze in hun auto of camper op weg zijn naar het zuiden van Spanje. Burgos heeft geen internationale luchthaven. Het makkelijkst te bereiken is Burgos vanaf vliegveld Barajas in Madrid, vandaar brengt de bus je in 2,5 uur naar Burgos. Retourticket nog geen €40 bij www.alsa.es. Burgos is nog niet aangesloten op het hogesnelheidsnetwerk.
Hotel NH Palacio de la Merced Slapen en dineren in laatgotisch klooster. Calle de la Merced, 13. Vanaf €66.
Hostal Rimbobín Downtown Burgos, 8 kamers Ikea-style. Omgeven door tapasbars, modern en voordelig geprijsd. Calle Sombrerería, 6. Vanaf €45.
Hotel Vía Gótica Kleinschalig designboetiekhotel, met prachtig uitzicht op de Arco de Santa María. Calle Plaza Vega, 3. Vanaf €71.
Convento San Francisco Hotel in oud fransiscaner klooster. Santo domingo de Silos. Vanaf €56.
Dit artikel is eerder verschenen in ESPANJE! (España & más, 5e jaargang, april – juni 2015) en de informatie kan achterhaald zijn. Auteur: Annet Maseland