Velen van ons zijn met haar opgegroeid. Isabel Allende (Lima, 1942). Haar debuut Het Huis met de geesten was in 1982 de eerste bestseller van de magisch realistische boom geschreven door een vrouw. Daarna volgden nog 20 romans en in 2008 verscheen De som der dagen, dat na Paula (geschreven na de dood van haar dochter) en Herinnering aan mijn Chili wordt gezien als het derde deel van haar memoires. In de romans die daarop volgden (De Japanse minnaar, De winter voorbij, Bloemblad van zee) leek de schrijfster die de 70 inmiddels was gepasseerd op haar best.
De verwachtingen over haar nieuwe boek Wat wij willen – Mijn leven als moeder, vrouw, feminist waren dan ook hooggespannen. Het is echter geen hemelbestormend meesterwerk geworden, maar wel een lezenswaardig boek, vooral omdat ze een inkijkje geeft in haar leven als schijfster en laat zien hoe ze nog dagelijks met haar personages leeft. Mooi is ook de ode aan de eerste vrouwelijke Chileense president Michelle Bachelet, die ondanks het verlies van haar vader door het regime van Pinochet, met milde kracht streed voor vergeving en verzoening.
Bestel hier de boeken van Isabel Allende, ook in het Spaans.
Een echtgenoot als statussymbool
Bovenal is dit boek een ode aan Carmen Balcells, de Catalaanse literair agent die van 1956-2000 vele Spaanse schrijvers groot maakte. ‘Carmen was mijn mentor en mijn vriendin. Ze hield me voor dat we geen vriendinnen waren, dat ik haar cliënt was en zij mijn agent… Op de meeste cruciale momenten heeft Carmen naast me gestaan, van Paula’s ziekte tot mijn huwelijken en scheidingen, onvoorwaardelijk, altijd aanwezig. Deze vrouw die het tegen de grootste bullebak durfde op te nemen, ging te rade bij haar astrologe, geloofde in paragnosten, goeroes en magie, en was makkelijk ontroerd. Haar tranen zaten hoog en ze huilde zoveel dat Gabriel García Márquez een van zijn boeken aan haar opdroeg: Voor Carmen Balcells, badend in tranen…Carmens foto staat op mijn bureau om me te herinneren aan haar adviezen: ‘…jou gaan ze heel hard beoordelen want ons vrouwen wordt succes niet vergeven, schrijf wat je wilt, sta niet toe dat iemand zich met je werk of met je geld bemoeit.. een echtgenoot, al is het nog zo’n sukkel, geeft status… Ze was vrijgevig tot het krankzinnige. Ze stuurde tachtig witte rozen naar Chili toen mijn moeder die leeftijd bereikte en negenennegentig naar oom Ramón voor zíjn verjaardag.’
Gabriel García Marquez met Carmen Balcells
Mannen zijn bang dat vrouwen hen uitlachen
De Nederlandse titel van het boek: Wat wij willen – Mijn leven als moeder, vrouw, feminist zet je als lezer wel een beetje op het verkeerde been. De Spaanse titel is sterker en dekt de lading beter: Mujeres del Alma mía, sobre el amor impaciente, la vida larga y las brujas buenas (Vrouwen naar mijn hart, over de geduldige liefde, het lange leven en goede heksen). Tot pagina 104 is het boek namelijk een ratjetoe van aantekeningen, gedichten, soms van nog geen halve pagina, hooguit van drie, waarin ze vooral vertelt over de relatie met haar moeder Panchita en haar stiefvader Ramón, over Roger, de nieuwe liefde in haar leven met wie ze tijdens corona lange wittebroodsweken beleeft, over ouderdom en ijdelheid (‘Van binnen ben ik nog verleidelijk, maar niemand ziet het.’) Pas op pagina 104 stelt ze de vraag ‘wat willen vrouwen’. Het antwoord volgt een paar pagina’s later: ‘wij willen veiligheid voor onszelf en onze kinderen’. Vervolgens laat ze zien hoe overal ter wereld in een patriarchale cultuur geweld en angst wordt gebruikt om vrouwen onder controle te houden. ‘Mannen zijn bang dat vrouwen hen uitlachen. Vrouwen zijn bang dat mannen hen vermoorden’, citeert ze schijfster Margaret Atwood. ‘Geweldplegers zijn geen uitzonderingen, het zijn geen psychopaten, het zijn vaders, broers, verloofden, echtgenoten, normale mannen.’
Meer boekentips vind je in ESPANJE! Bestel ‘m hier.
Goede heksen met koekenpannen
Mooi is de anekdote uit het begin van haar carrière toen ze als journalist in Chili werkte. Ze zag dat de politie niet ingreep bij huiselijk geweld. ‘die mannen in uniform gedroegen zich waarschijnlijk thuis net zo… daarop staken de vrouwen in de buurt de koppen bij elkaar en zodra ze een vrouw of kinderen hoorden schreeuwen, snelden ze toe met koekenpannen en pollepels om de agressor zijn verdiende loon te geven. Het systeem was effectief en eenvoudig.’ Dat is ook de weg die Allende ziet om culturele patronen die al duizenden jaren bestaan te doorbreken. ‘Meegaandheid, opgehemeld als een vrouwelijke deugd, is onze geduchtste vijand, zij heeft ons nooit iets goed gebracht en is alleen gunstig voor mannen… Uitdagen, ongehoorzaam zijn en de regels overtreden is een taak van jonge meiden… én van grootmoeders, die de fase van de voortplanting achter zich hebben gelaten. Ze eindigt met een alinea waarin ze beschrijft welke wereld ‘we’ dan willen: ‘We willen een zuivere planeet, beschermd tegen elke vorm van agressie. We willen een evenwichtige duurzame samenleving gebaseerd op respect voor elkaar… We willen een vriendelijke wereld, geregeerd door vrede, empathie, fatsoen waarheid en mededogen. En voor alles willen we een vrolijke wereld. Daar streven wij goede heksen naar. Wat wij wensen is geen fantasie, het is en project, en met alle vrouwen samen kunnen we dat laten slagen.’